Stichting ZZP Nederland wil duidelijkere kabinetsplannen voor aanpak schijnzelfstandigheid

In het Financieele Dagblad van 19 december reageert ZZP Nederland, bij monde van Cristel van de Ven, voorzitter van Vereniging Zelfstandigen Nederland (VZN), op de kabinetsplannen om schijnzelfstandigheid tegen te gaan. Volgens VZN zijn de plannen te onduidelijk en gaat dit, gelijk als in 2016 met de invoering Wet DBA, zorgen veel onrust onder opdrachtgevers.
“Het pakket maatregelen dat het kabinet voor ogen heeft om de juridische positie van de zzp'er te verduidelijken, is nog te vaag en schiet in sommige sectoren zijn doel voorbij”, aldus VZN. Per brief informeerden Minister Van Gennip (SZW) en staatssecretaris Van Rij (Fiscaliteit en Belastingdienst) de Eerste en Tweede Kamer over de voortgang van maatregelen op het gebied van werken met zelfstandigen en werken als zelfstandige.
De criteria
In de brief wordt aangegeven dat er een heldere juridische afbakening tussen werknemers en zzp'ers komt, gebaseerd op recente rechterlijke uitspraken. Maar van die helderheid is volgens VZN nog geen sprake.
Er komen drie hoofdcriteria om te beoordelen of sprake is van schijnzelfstandigheid of van ondernemerschap. VZN is sceptisch over het nieuwe criterium 'organisatorische inbedding’. Dat houdt in dat wie werk doet dat deel uitmaakt van de kernactiviteiten van een bedrijf of in feite hetzelfde werk verricht als een werknemer in de organisatie, geen opdrachtnemer is. Volgens Van de Ven is dit criterium lastig vast te stellen. Bijvoorbeeld: Als je wordt ingehuurd door een bouwbedrijf om 2 maanden te helpen bij de lancering van een marketingcampagne en dit doe je vervolgens nog 5x per jaar bij andere bedrijven, heb je dan dat jaar 6 dienstverbanden, 6 pensioendeelnames, etc. Is hier sprake van organisatorische inbedding? Of ben je dan toch zelfstandige?
Ook in de nieuwe plannen vormt het begrip 'gezag' een toetsingscriterium. Maar dit criterium is volgens Van de Ven ook moeilijk om af te bakenen.
Het laatste hoofdcriterium om te toetsen of er sprake is van schijnzelfstandigheid geeft meer vertrouwen volgens VZN. Het gaat dan om het zogenoemde 'zelfstandig ondernemerschap binnen een arbeidsrelatie'. Dat laatste is een contra-indicatie. Voorbeelden zijn een fotograaf met meerdere opdrachtgevers, of een externe hr-adviseur die meerdere bedrijven bij staat. Maar ook hier is de uitwerking volgens VZN nog onduidelijk. Bij dit criterium wordt gedacht aan een minimale inkomenseis, een buffereis of een minimumaantal opdrachtgevers.
VZN zal de komende periode betrokken worden bij de uitwerking van toetsingscriteria voor schijnzelfstandigheid. Doelstelling is om de arbeidsmarkt zo gunstig mogelijk voor ondernemers in te richten.
Stichting ZZP Nederland en VZN
In 2020 is Vereniging Zelfstandigen opgezet door meerdere belangenorganisaties, waaronder Stichting ZZP Nederland om de krachten van ondernemers te bundelen. VZN wil de stem van zelfstandigen beter laten horen, en streeft naar de verbetering van de positie van zelfstandig ondernemers op de arbeidsmarkt.